Channa is apetrots

Door: Leo de Vos, Team Communicatie MHO

‘Ze zijn bloedfanatiek. Echt heel leuk.’ Dat zegt Channa Rietveld van Montfoort Hulp Oekraïne (MHO). Ze heeft het over het enthousiasme van de Oekraïense vrouwen en mannen die Nederlands willen leren. ‘Dat regelt Gerard van Team Onderwijs & Taal. En er zijn nu ook taalmaatjes.’ Channa zelf zit bij Team Huisvesting en coördineert met nog drie dames wat er op de locaties nodig is. Ze heeft intensief contact met gasten en gezinnen, hetgeen ze goed vindt aansluiten bij haar opleiding als sociaal juridisch dienstverlener.

Anichka draait het gas uit onder de braadpan. Ze moet nu echt weg. Over twee weken, als ze terug is, ruimt ze de boel wel op, denkt ze. Als ze haar zoontje Sergei zijn jasje aantrekt, jengelt hij om zijn knuffel. Die wordt gelukkig snel gevonden onder zijn
bedje waar dat ding vaker rondslingert. Haar man blijft achter in Oekraïne. De pijn van het afscheid trekt nog door haar maag. Het gaat goed, de trein heeft geen vertraging, op naar eh… hoe heet die plek…

Haar naam heb ik bedacht. Anichka had ook Bohdana kunnen heten of Oksana of Zorya. Maar de beschreven situatie is onthutsend echt. Bij MHO horen ze heel wat vandergelijke verhalen uit de eerste hand. Nog voor de oprichting van MHO kwamen de eerste Oekraïners het stadje Montfoort met zijn 14.000 inwoners al binnen. Burgers hadden, veelal via internet contact met ze gezocht en ze welkom geheten in hun huis. Gaat dat goed? ‘Hier wel,’ zegt Channa, ‘…het klikt. Er zijn nu rond de twintig gastgezinnen. Sommige hebben zelfs moeite ze weer te laten gaan. Een Oekraïense vrouw die ik goed ken voelt zich met haar moeder en zoontje helemaal opgenomen in het gastgezin. Ze koken daar om en om.’

Oekraïners zijn geen asielzoekers, die een ander traject volgen waar gastgezinnen niet in voorkomen. Voor Oekraïners is particuliere opvang toegestaan. Het Rode Kruis vangt de stroom Oekraïners zonder verblijfadres in onze regio op in de Jaarbeurs. Men krijgt bed, bad en brood voor de duur van hooguit twee nachten. Daarna zijn er landelijk 50.000 gemeentelijke opvangplekken beschikbaar, voor maximaal zes maanden. ‘In Montfoort vangen we op dit moment bijna 100 Oekraïners op. Daarvan wonen er 38 in Conventus, het voormalig pand van de Rabobank. De rest verblijft bij particuliere gastgezinnen. Dat kan zijn in een verblijf op hun terrein, met eigen sanitair en keuken, maar ook echt bij het gezin in huis, met gedeelde voorzieningen. Er komen op korte termijn twee locaties beschikbaar waar de Oekraïners voor langere tijd zelfstandig kunnen leven. Op IJsselveld kunnen 8 mensen in het woonhuis en 12 in de geplaatste units gaan wonen. In Linschoten komen 24 plekken in een voormalig kantoorpand. Samen met Dennis van Vluchtelingenwerk heb ik, namens de gemeente, de moeilijke puzzel gemaakt om alle gasten die hebben aangegeven te willen verhuizen naar deze locaties, op de juiste plek onder te brengen. Maar dat is gelukt en vanaf juni zullen ze een plekje hebben voor de langere termijn.’

MHO werkt intensief samen met veel verschillende organisaties, maar Team Huisvesting heeft vooral contact met Vluchtelingenwerk Nederland, de gemeente, de kerken, Stichting Wegwijs en de SWOM. ‘Zo doet Sander van de SWOM het Doemeehuis, een plek voor rust, koffie en contact. Daar is ook een kledingbank waar de Oekraïners gratis kleren mogen uitzoeken. Vluchtelingenwerk helpt bij de huisvesting maar ook bij het papierwerk: zorgtoeslag en bankrekening aanvragen, een zorgverzekeraar zoeken. Dat laatste is een crime: basis, aanvullend, tandarts… De Protestantse Gemeente De Rank stelt iedere vrijdagavond een ruimte beschikbaar voor de bijeenkomsten die MHO daar organiseert voor de Oekraïners en de gastgezinnen. Stichting Wegwijs ondersteunt bij ​de taallessen aan volwassenen maar organiseert ook maandelijks een Hap-Snap maaltijd, waarbij iedereen welkom is. Je neemt allemaal een gerecht mee en bouwt daarmee een geweldig buffet uit alle windstreken! Syrisch, Soedanees, nu ook Oekraïens. Mensen gaan daar met elkaar in gesprek, maken nieuwe vrienden. En natuurlijk werk ik erg veel samen met de 12 teams binnen MHO. Gordijnen nodig? Potje voor een kind dat niet naar de wc durft? Zitje voor op de fiets? Een kind plaatsen in peuterspeelzaal? Interesse in een taalles? Een stukje schrijven? Iemand ergens heen rijden? Vraag teams Onderwijs & Taal, Communicatie, Goederen, Transport & Vervoer of één van de andere teams.’

De hulp is geen luxe. Mensen zijn ontheemd en ontredderd. Er is niets te zeggen over het verloop van de oorlog. Hun hele bestaan wankelt. ‘Sommigen hebben moeite samen te komen met anderen. Ze willen de verhalen niet horen, of de vragen: waar hun man zit, of ze iets gezien hebben dat in de buurt van hun woonplaats is gebeurd. Ze kijken geen TV, houden het nieuws buiten de deur. Ze sluiten zich af voor de oorlog omdat ze het anders niet redden. De Oekraïense waar ik net over vertelde heeft veel zorgen om haar man die nog in Kyiv woont. Hij is kunstenaar en een gevoelig mens. Hij heeft veel contact met zijn zoontje van 2½ dat op hem lijkt en vaak naar hem vraagt. De zorgen tekenen haar gezicht. Altijd is er die angstige vraag of het goed met hem gaat. Dat horen we vaak. Maar het is een positieve meid die iets van haar leven wil maken.’

De gastgezinnen zijn zelf vaak ook actief in de hulpverlening. Channa is apetrots op ze, en bovendien op de inwoners van haar stad. ‘De gastopvangers kennen de wegen en gaan die dan ook voor hun gasten. Ze bellen de gemeente of wie dan ook. Iemand vertelde me blij dat ze ‘maar 20 telefoontjes’ had hoeven doen om haar gast een baan te bezorgen. In de supermarkt zette een
Oekraïense haar inkopen op de band. De man voor haar keek om en vroeg of zij uit Oekraïne kwam. Daarna betaalde hij haar boodschappen en liep verder zonder een woord weg.’

Channa is ook taalmaatje in basisschool Het Kompas. ‘Er gebeurt al het één en ander in het onderwijs. Voor kinderen van 2-4 jaar is er de peuterspeelzaal, daar gaan al een aantal peuters heen. Voor 4-12 jarigen is er op basisschool Het Kompas een Oekraïense klas. Janine leidt deze klas, ondersteund door een Oekraïense leerkracht en de vele taalmaatjes die proberen de kinderen wat Nederlands bij te brengen. Deze kinderen krijgen ook Engels en verder mogen ze onder andere ook lekker buiten spelen en knutselen. Hier blijkt wel hoe moeilijk Nederlands is, ze vinden het eigenlijk geen leuke taal. Toch had een jongen al op dag twee het woord banaan te pakken. Dat was zijn favoriete fruit. Ik had een keer een verdrietig meisje op schoot. Ze zat hartstochtelijk hele verhalen in het Oekraïens te vertellen. Ik zei in het Nederlands: ‘Is het echt waar? Dat is niet eerlijk hè?’ Ze schudde heftig haar hoofd en kermde een woord dat duidelijk neeeee betekende. Samen kom je er wel, ook al versta je elkaar niet! Enkele kinderen in de middelbare schoolleeftijd gaan in Utrecht naar de Internationale Schakelklas . Ze worden hier voorbereid op het reguliere, Nederlandstalige onderwijs. Ook worden ze wegwijs gemaakt in de Nederlandse cultuur en samenleving. En zo doen onze Oekraïense gasten, groot en klein, erg hun best om hun draai te vinden in ons mooie stadje, ondanks die verschrikkelijke oorlog, die uiteraard nog hun dagelijks leven beheerst…’

Ze had uren door kunnen gaan, trotse Channa. ​